De kustbewoners weten het dan ook al langer: er woedt een strijd, boven en aan het water. Over de Noordzee spreken zonder botsende belangen is simpelweg onmogelijk. Vandaag staan we op een kruispunt: kunnen we die belangen nog voldoende beschermen én bewaken?

Neem nu het nieuwe marien ruimtelijk plan dat in opmaak is. We beschikken over één van de kleinste territoriale zeegebieden ter wereld. In een land waar regelneverij hoogtij viert, werd destijds uiteraard de noodzaak gevoeld om een regelgevend kader in te voeren. Dat in de vorm van een kleurplaat vol vakken, lagen en inkleuringen die bepalen wat waar kan en mag.

Elk zijn koterij

In plaats van zich bij aanvang te beperken tot de kerntaken van de zee, begon een steekspel waarin iedereen zich geroepen voelde zijn eigen handdoek op het lappendeken te werpen. Door vervolgens niet echt verdere ‘stedenbouwkundige’ voorschriften te codificeren in daadwerkelijke zin, zien kustbewoners allerhande installaties opduiken die ze oneerbiedige bijnamen beginnen geven.

In deze was van bij aanvang durven kiezen misschien eens geen verliezen geweest.

In deze was van bij aanvang durven kiezen misschien eens geen verliezen geweest. Want aan de vooravond van het nieuwe marien ruimtelijk plan in opmaak, werd het duw- en trekwerk rond elk zijn koterij voorbij het strand door de vorige regering voorlopig beslecht met de bezegelde woorden: ‘Het mag waar het voortaan niet verboden is.’

De traditionele gebruikers staan erbij en kijken ernaar. Want voor de visserij, scheepvaart en marine is de zee niet het Wilde Westen van de Belgische Staat, noch een grote experimentele zone. Onze zeeën en oceanen zijn kostbare, fragiele ecosystemen die niet alleen onze waakzaamheid behoeven, maar ook een opperste staat van paraatheid vereisen.

De dreiging kent geen kamp

Intussen ontwaken andere landen uit hun maritieme sluimer. Aan de ene kant timmeren zogezegde bondgenoten lustig voort aan bouwplannen, pal in aanvaarroutes naar ons land. Het Franse windmolenpark voor de kust van Duinkerke, dat zonder overleg wordt doorgedrukt, is daar de belichaming van: een project dat niet alleen onze Search and Rescue-operaties hindert, maar ook de belangen van kustgemeenten en havens onder druk zet.

Het actieve beleid om onze Noordzee te ‘verrommelen’ lijkt, althans toch in het verleden, met dezelfde overtuiging in omgekeerde vorm tot uiting te komen: een passieve berusting wanneer een buurland hetzelfde doet, maar ten koste van onze belangen.

Geen dag gaat voorbij zonder nieuwe signalen over verdachte activiteiten op zee.

Aan de andere kant stapelen ook de waarschuwingen zich op. Geen dag gaat voorbij zonder nieuwe signalen over verdachte activiteiten op zee. Onze kritische infrastructuur in de Noordzee staat steeds vaker onder druk. Zowel door zij die zich als tegenstander uiten, als door zij die zich als vriend vermommen.

Verzadiging

Er ligt dus werk op de plank voor al wie en wat in de nabije toekomst doorslaggevend zeggenschap zal hebben over de Noordzee, want we staan op hét kantelpunt. Ofwel wordt onze elfde provincie er op lange termijn één van lintbebouwing en kabelspaghetti en bovendien de speelbal van Frankrijk of andere landen die hun greep willen versterken op iets wat hen eigenlijk niet toebehoort. Ofwel durven we voluit te kiezen voor de bescherming van wat écht belangrijk is: het ecosysteem, de kritische infrastructuur en de traditionele, respectvolle gebruikers inclusief hun vertrouwde vaarwaters en vaarroutes.

Want, waar men kan begrijpen dat het in onze contreien een hogere kunstvorm is om te leven met compromissen, geldt voor wat de Noordzee betreft een andere waarheid: het einde van eten en drinken is verzadiging.